Aangenaam, ik ben mens. Gewoon mens
Dat is wat ik in de eerste plaats ben en wil zijn voor jou. Niet meer of minder, wel meer dan genoeg om graag gezien te worden en waardig behandeld te worden. Zie mij – even kwetsbaar en sterfelijk, zoekend naar zin om betekenis te geven aan het bestaan. Even afhankelijk van de onvoorspelbaarheid van het leven. Graag het goede willen doen en geliefd worden, net als jij.
Van alle vormen die betekenis geven aan ons mens zijn is de ziel de vorm die het meest betekenis geeft. Het is de plek diep in ons waar de meest menselijke waarden zijn opgeslagen, losgekoppeld van alle niet essentiële materialistische invloeden. Een zielloos mens is een betekenisloos wezen. Niet in staat om emoties te voelen en dus zonder geweten in zijn gedragshouding.
De integriteit, het mededogen, de sympathie en de liefde voor elke bestaansvorm, het aanvoelen van medeleven die onze menselijkheid van het mens zijn bepalen zit in de ziel.
Deze basisgedachte zou er altijd moeten zijn. We zijn allemaal hetzelfde, ook al doen we andere dingen, zien we er anders uit en leven we anders.
Het is de intentie van mijn gedrag die bepaalt of ik en jij een goed en waardig mens ben. Niets wat ik kan, bezit of bereikt heb, niets van hoe ik eruitzie is belangrijk en bepalend om mij graag te hebben – als je me niet eerst lief kunt hebben als mens. Diezelfde mens: kwetsbaar en sterfelijk.
Als je me niet als mens kunt zien en mens-zijn niet genoeg is om me graag te zien, dan zul je me op een dag teleurstellen en me laten vallen. Want hoe fragiel het mens-zijn ook is, alle andere redenen om mij interessant te vinden en mij graag te hebben zijn nog vluchtiger. Fysieke kracht, uiterlijke schoonheid en mentale genialiteit zijn makkelijk aantastbaar door het leven en door de tijd. Uiteraard spelen al deze dingen mee om een relatie op te bouwen, maar de waarden van het mens-zijn bepalen of we ons echt goed voelen bij elkaar als het leven tegenzit.
Mens-zijn is beseffen dat we een zachte, kwetsbare soort zijn die uit onzekerheid in staat is om lelijke dingen te doen. Maar in essentie zijn we zacht geschapen. Kijk naar onze weke huid, ons hart – we zijn een gevoelige soort, dat is onze aard, onze natuur. We hebben (meestal toch) een geweten dat in de weg staat om meedogenloos te zijn, en toch gaan we er prat op dat we hard zijn door al dat lijden. We zeggen liever dat we hard geworden zijn door het leven, in plaats van te zeggen dat we zachter worden door al dat lijden en vechten. Dat is mens-zijn: die zachtheid durven tonen in plaats van die hardheid die alleen maar de uiterlijke, vergankelijke schijn van kracht versterkt, maar niet het diep menselijke raakt.
Dat is voor mij het basisinzicht, de basishouding om met elkaar gelijkwaardig om te gaan.
Ik ben mens – niet meer of minder – maar dat is voldoende om waardevol genoeg te zijn. Genoeg om mij misschien graag te hebben en ik jou graag te hebben.
Zoals iedereen maak ik fouten maar ik probeer fouten die de waarde van het zich-mens-kunnen-voelen kunnen schaden zoveel mogelijk te vermijden. Ik zal ervoor zorgen dat de professionele fouten die ik maak niet ten koste gaan van het beschadigen van het menselijk zelfbeeld en waardegevoel.
Ik ben dus in eerste instantie mens: kwetsbaar en nietig in het geheel van mijn bewuste bestaan. Pas na het mens-zijn ben ik rechter, advocaat, leraar, kapper, loodgieter, makelaar, politieagent, ingenieur, chirurg, filosoof, piloot, psycholoog, huisman, atleet, vriend, keynotespeaker of wat dan ook.
Als ik iets kan en wil betekenen, dan hoop ik vooral dat ik verbindend kan zijn en andere mensen een gevoel van gelijkwaardigheid kan geven om hun menselijkheidsgevoel te versterken.
Ik kijk niet naar afkomst, taal, huidskleur, status, diploma of klasse om je graag te hebben en met jou mijn leven te delen. Waar ik wel naar kijk is de intentie en het gedrag – hoe jij je gedraagt tegenover ander leven. Ik ga af op de nuance waarmee je je meningen deelt en op de nederigheid en integriteit die in jouw aard liggen om geluk en voorspoed die jou overkomt te delen. Voor mij is beleefdheid een kernpunt van mens-zijn. Er is geen excuus om, vanuit welke verschillen dan ook, als mens niet beleefd te blijven – of je nu rijk of arm bent, gelukkig of ongelukkig.
Ik bewonder een mens niet voor wat hij heeft bereikt, maar voor hoe hij zich gedraagt vanuit de gunstige positie die hij heeft verworven en hoe hij deelt vanuit zijn geluk. Mens zijn is niet zo zeer de beste willen zijn maar anderen beter maken vanuit het beste dat jij meer bent. Een mens mag best trots zijn als hij op een podium staat of een trapje hoger op de carrière ladder maar vermeng het met een dankbare ingetogen nederigheid die het besef weerspiegelt van het deeltje mens zijn.
Dus als we elkaar de volgende keer ontmoeten – online of offline, als vreemden of als bekenden – denk dan even aan deze woorden. Voordat je kijkt naar wat ik doe, wat ik draag, waar ik vandaan kom of wat ik bereikt heb, zie me eerst als mens. Want dat ben ik. Dat ben jij. Dat zijn we allemaal. Als je dat niet beseft dan mis je de essentie waar alles mee begint en eindigt.
Kwetsbaar, zoekend, hopend op verbinding. En dat is meer dan genoeg om te beginnen.
Aangenaam, ik ben mens. Jij ook?
En heel misschien als we allemaal een beetje meer mens zijn dan krijgt het leven, dat een beetje oké is, ook een beetje meer zin.
Als je deze blog leuk vond, dan lees je misschien ook graag dit: https://www.cellbuilding.be/over-hechten-en-onthechten/